Je merkt meteen dat Obnoxious geen doordeweekse Braziliaanse plaat is. Toegegeven: een sensuele sax tekent present. En er is de percussie die je enkel terugvindt in een land waar wekelijks batucadaparades door de straten trommelen. Maar onder deze usual suspects stuwt een sectie koperblazers de dingen vooruit. En nog voor we goed en wel vertrokken zijn, een schamele 25 seconden na de start, trekt het zo mogelijk meest on-tropische instrument aller tijden van leer: de klavecimbel! Scherpe tonen klieven de zwoelheid aan stukken, de sfeer kan enkel dreigend genoemd worden - tot suikerrietzoete strijkers voor verzachting zorgen, een koene gitaar licht door de wolken laat breken… En weg zijn we, in galop, de broeierige Braziliaanse warmte in.
Obnoxious heeft veel om verliefd op te worden: de energie, de texturen, het onmiskenbaar Braziliaanse DNA... Daarenboven halen de barokke arrangementen de clichés onderuit van wat je met ‘tropisch’ associëert. Zuiderse ritmes vinden het feilloos met noordse symfonieën: de ene minuut hypnotiseert een gitaar je alsof je zonet Ayahuasca nuttigde ("Memoria"), dan weer luister je naar een pianopartij die Camille Saint-Saens had kunnen schrijven ("Ancoradouro").
Het is bijna misdadig hoogtepunten te selecteren uit een album dat zó goed is, maar het militante "Apocalipse" is een ware tour de force. De intro doet denken aan David Axelrod’s "The Edge", nadat The Alchemist ermee aan de slag ging voor een Action Bronson beat. En dan zijn er ook die strijkers van "Talisma" met José Mauro’s onverzettelijke stemgeluid…
Obnoxious is net als het land waar de muziek gemaakt werd: weelderig, passioneel en vol verrassingen.